Jacoba van Heemskerck, uniek in de moderne Nederlandse kunst
Dit jaar is het honderd jaar geleden dat Jacoba van Heemskerck (1876-1923) stierf. Zij levert als kunstenares begin vorige eeuw een belangrijke bijdrage aan het ontstaan van de moderne kunst in Nederland. Van Heemskerck beweegt zich, net als Mondriaan, via het luminisme en kubisme richting de abstracte kunst. Haar eigenzinnige schilderijen en tekeningen zijn ook een opmaat zijn voor de bijzondere gebrandschilderde ramen die ze aan het eind van haar leven maakt.
In Nederland heeft haar werk een heel eigen plaats: strakke geometrie maar met open, losse en intuïtieve vormen
Tussen 1901 en 1904 woont ze afwisselend in Parijs en Hilversum. Vanaf 1906 schildert Heemskerck in Domburg. Ze verblijft bij haar vriendin Marie Tak van Poortvliet villa ‘Loverendale’. Tak laat een atelier bouwen in de tuin van het buitenhuis en koopteen kleine oven voor Jacoba. Dit is de start van haar experimenten met glas-in-lood. In Domburg krijgt ze ook les van Mondriaan en advies van Toorop.
In 1913 neemt Van Heemskerck deel aan de ‘Erste Deutsche Herbstsalon’ in Berlijn. Via de belangrijke galeriehouder Herwarth Walden krijgt de schilder een groot netwerk en een grote reputatie binnen de Duitse kunstwereld. De met licht gevulde doeken maken plaats voor krachtige expressionistische werken. Hierin probeert ze op een meer mathematische wijze spirituele waarden en landschap met elkaar te verbinden.